Simone de Beauvoir
Het feminisme is
kritisch over de rolverdeling van man en vrouw. Men vindt dat de vrouw in een
aantal situaties achtergesteld wordt ten opzichte van de man. We besteden nu
aandacht aan een standpunt van een beroemd feministisch filosofe: Simone de
Beauvoir.
Wie was Simone de Beauvoir?
Simone de Beauvoir (1908-1986) was
een van de belangrijkste 20-ste eeuwse denkers van de feministische
levensbeschouwing. Zij hield zich vooral bezig met literatuur en filosofie. In
haar denken was ze sterk beïnvloed door haar levensgezel, de beroemde
filosoof Jean-Paul Sartre. Hij geldt als een van de belangrijkste
grondleggers van het existentialisme, een stroming in de filosofie.
Simone de Beauvoir werd vooral beroemd door haar
boek De tweede sekse (1949). Sommige mensen zagen in dit boek
de bijbel van het feminisme. In de zestiger en zeventiger jaren van
de vorige eeuw was ze ook actief in de Franse feministische beweging. Zo
ondertekende ze onder andere het manifest van de 343, waarin ze met
342 andere vrouwen verklaart een abortus te hebben ondergaan, dus zich (in die
tijd) schuldig te hebben gemaakt aan een strafbaar feit.
Ze deed ook mee aan betogingen voor gratis
anticonceptie en voor vrije abortus. Bij een abortusproces trad ze op als
getuige en ze werkte mee aan het organiseren van protestbijeenkomsten tegen
misdaden begaan tegen de vrouw.
De tweede sekse
Het boek De tweede sekse is een
uitvoerige studie over de ondergeschikte en achtergestelde positie van de
vrouw. De Beauvoir laat aan de hand van heel veel voorbeelden zien dat de vrouw
in de geschiedenis altijd een tweederangs positie heeft gehad. Niet voor niets
heet het boek de tweede sekse: de man werd immers altijd gezien als de
eerste (sekse)
Het centrale idee van het boek is terug te vinden in
de volgende, veel geciteerde zin: ‘Je wordt niet als vrouw geboren, je wordt
vrouw gemaakt’. Met deze zin bedoelde De Beauvoir dat de culturele verschillen
tussen man en vrouw - zoals wij die nu waarnemen - niet veroorzaakt worden door
verschillen in de natuur (aard) van man en vrouw. Integendeel, deze verschillen
zijn aangeleerd via opvoeding en beïnvloeding door de (maatschappelijke)
omgeving. Een voorbeeld: meisjes huilen meer dan jongens. Dit komt niet doordat
meisjes van nature anders geaard zijn, maar omdat ze van jongs af aan van hun
opvoeders meer hun gevoelens mogen laten blijken dan jongens.
Simone de Beauvoir ontkent dus het bestaan van
een vrouwelijke natuur. De eigenschappen die - op het eerste
gezicht - aan ons verschijnen als typisch vrouwelijk of typisch
mannelijk zijn in feite aangeleerde eigenschappen, zo stelt zij.
De Beauvoir is van mening dat de onderdrukking en
achterstelling van de vrouw die karakteristiek zijn voor de gehele achter ons
liggende geschiedenis - opgeheven moeten worden. Hiertoe roept zij in haar boek
de vrouw op zich bewust te worden van het onrechtvaardige van haar situatie. De
vrouw dient zichzelf niet langer als een onderdeel van de man te zien, maar als
een zelfstandige persoon. Tot nu toe werd zij door de man - maar ook door haar
zelf - vooral gezien als een object (als de ander).
Maar vanaf nu dient de vrouw zichzelf ook te zien als zelfstandige persoon met
eigen verlangens, wensen, behoeften, etc. Met andere woorden: ze dient zich
zelf te zien als een subject en niet als een object (een
ding). Bovendien zou de man het subject-zijn van de vrouw dienen te erkennen,
net zoals de vrouw het subject-zijn van de man als vanzelfsprekend erkent.
De invloed van het existentialisme
Simone de Beauvoir is in haar denken sterk beïnvloed
door de filosofie van het existentialisme, met name zoals die door haar
levensgezel Sartre werd ontwikkeld.
Binnen het existentialisme is het
woord vrijheid een kernbegrip. De vrijheid is het meest
wezenlijke kenmerk van de mens. In tegenstelling tot bijvoorbeeld een dier -
dat zich alleen laat leiden door zijn instincten - is de mens in staat om
bewust keuzes te maken tussen verschillende leefwijzen. De mens kan zin geven
aan zijn leven door deze vrijheid te gebruiken om allerlei plannen te maken en
deze ook uit te voeren. De mens kan zich als het ware voorbij streven ('transcenderen)
door telkens weer nieuwe plannen te maken en naar nieuwe doelen toe te werken.
Dit geldt voor mannen én voor vrouwen. Uiteindelijk
betekent dit voor de vrouw dat ze het zelf in de hand heeft of ze een
zelfstandige persoon wil zijn (een subject) of afhankelijk van de man (een
object). De vrouw kan kiezen: haar eigen leven leiden óf zich helemaal
ondergeschikt maken aan de man. Dit betekent dat de vrouw uiteindelijk ook
helemaal verantwoordelijk is voor haar bestaan: ze heeft dit bestaan zélf gekozen.
Ze had ook een andere manier van leven kunnen kiezen.
De invloed van existentialisme
Simone de Beauvoir is in haar denken sterk beïnvloed
door de filosofie van het existentialisme, en met name door de versie die
ontwikkeld is door Sartre, haar levensgezel.
Binnen het existentialisme is het woord 'vrijheid' een
kernbegrip. De mens is pas echt mens wanneer hij deze vrijheid ook
daadwerkelijk gebruikt. Doet hij dit niet dan loopt hij het risico om alleen
nog maar een object voor de ander te zijn.
Simone de Beauvoir liet op prachtige wijze zien dat
dit een van de redenen is waarom de vrouw zich ondergeschikt maakt aan de man:
"Er bestaat inderdaad naast de drang van ieder
individu zich te doen gelden als subject een neiging om zijn vrijheid te
ontvluchten en een ding te worden. Dat is een rampzalige weg want die mens die
haar gaat, wordt passief, vervreemd en verloren, de prooi van een andere wil
dan de zijne, raakt afgesneden van zijn transcendentie en wordt van iedere
waarde ontdaan. Maar het is ook een makkelijke weg; op die manier ontwijkt men
ook de angst en de spanning van een existentie die bewust wordt aanvaard."
(S. de Beauvoir, De Tweede Sekse, pag.16 en 17)